HET VERTREK IN LOMMEL :

Om 0900 stipt startten wij in Lommel de BMW 's voor onze reis naar Dakar in west- Afrika. Maar voor we voet zetten op Afrikaanse bodem hebben  we nog een heel eind te rijden door Frankrijk en Spanje. De meest voor de hand liggende manier om die afstand af te leggen is via de snelwegen, maar wij hebben beiden geen zin in saaie ritten waar maar weinig te zien valt. Gelukkig is er een  leuk alternatief, namelijk de toeristische routes, die je via prachtige binnenwegen naar je bestemming brengen. De extra reistijd nemen wij er graag bij .We vinken "vermijd snelwegen" aan op onze GPS en toeren op een rustig tempo door Frankrijk en Spanje. 

 In Murcia kunnen wij gratis overnachten bij een vriend van Bérke. Chris en zijn vrouw verwelkomen ons met een glaasje Cava. 

Na zes dagen en 2.800 km bereiken wij Algeciras waar wij de ferry nemen naar Marokko.

Ja Marokko, niet zo ver van Europa, maar toch een wereld van verschil. De dorpjes waar we doorheen rijden naar onze eerste bestemming  Chefchaouen  zijn levendig. Mannen in djellaba’s zitten op de terrasjes  van de theehuizen rustig met elkaar te praten of zwijgend naar de voorbijrijdende auto’s te kijken.

Wij zien ook regelmatig oude vrouwtjes die met  kar en ezel water gaan halen aan de drinkputten. Ik geniet er van om terug in Marokko te zijn.

DE BERGEN OVER :

We waren al vroeg vertrokken in Chefchaouen  en lieten al snel de wit- blauwe gekalkte stad achter ons. Om de sahara te bereiken moeten we eerst nog  3 bergketens over rijden namelijk  het Rif gebergte in het noorden, de Hoge Atlas in zuidelijke richting en tot slot de Anti- Atlas. De Hoge Atlas zorgt door zijn meer dan 3.000 mt  hoogte voor de scheidingslijn van het klimaat. Ten noorden ervan hebben  de zee en oceaan nog invloed terwijl ten zuiden ervan de woestijn echt gaat beginnen. 

We volgen een heel eind de Hajera - rivier. De wegen zijn verassend goed en we schieten goed op. Bij het zoeken naar ons hotel in Meknes stuurt de gps ons verkeerd zodat wij met onze motoren midden in de medina van de oude stad terecht komen. Het is net of we in de middeleeuwen zijn beland. Bérke beleeft zijn eerste cultuur schok . Meknes staat op de Unesco Werelderfgoedlijst vanwege haar medina en de ruïnes van het koninklijk paleis en is de vijfde grootste stad van Marokko.

DE KONINGSSTAD MARRAKECH :

De route van Meknes naar Marrakech is een lang, bijna 500 kilometer. De Midden-Atlas is dun bevolkt en de weidegebieden boven de 1600 m. worden in het voorjaar bezocht door de nomaden en halfnomaden met hun geiten en schapen. Halfnomaden wonen 's winters in een dorp en 's zomers in een tent. Vanaf Azrou rijden wij over een prachtige route door eenzame landschappen en oude berber dorpen naar Marrakech. 

Rond 18h00 uur komen we in Marrakech aan. Het verkeer is hier een complete chaos.Wij vinden desondanks aardig de weg naar ons hotel. We hebben gekozen voor een luxe hotel aan de rand van de stad, niet meteen een hotel waar je de Afrika reiziger gaat tegen komen. Maar we hebben beide nood aan wat rust na acht dagen motorrijden.De 3.600 km op de 1 cilinder motor eisen zijn tol.  

Op onze eerste avond in Marrakech bezoeken wij het levendige marktplein Place Djemaa El Fna. Het is er gezellig druk. Overal zie je  eetkraampjes en straatverkopers . Al snel werden wij aangesproken door mensen om bij hun eetstalletje te komen eten maar  we kiezen om wat te eten op een dakterras van een restaurant aan het plein. Het is een jaar of 12 geleden dat ik hier voor het laatst was maar stel vast dat de stad erg veranderd is . De meeste vrouwen dragen nikabs, maar opvallend veel  jonge meisjes lopen zonder sluier. Ze zijn modern gekleed in strakke jaens , hoge hakken en een Armani zonnebril op de neus. Het is een mengelmoes geworden van traditionele en moderne culturen. Maar het is erg leuk om  in de smalle straatjes van de souks rond te lopen, we kijken onze ogen uit. Het is ook veel toeristischer geworden maar het was wel leuk om hier terug te zijn. De volgende dag brengen we door aan het zwembad met niets doen.

DE HOGE ATLAS :

We verlaten Marrakesch en beginnen aan een tocht van 220 km door de hoge Atlas waarbij 3 cols van 1ste categorie moeten worden beklommen. De spectaculairste van de drie met de diepste afgronden  is de col du Tichka met zijn  2260m de hoogste van Noord Afrika. De uitzichten en de kleurencontrasten zijn gewoon schitterend. Dit is een van de mooiste routes in Marokko. De Bridgestone Sahara AX 41 banden  hebben ondertussen ons vertrouwen gewonnen en sturen ondanks hun grof profiel uitstekend op het ruwe asfalt. We genieten van de uitzichten en het motorrijden.

Daarna  brengen wij een bezoek aan de meest gefotografeerde kasbah van Marokko: Aït Ben Haddou. De meeste bewoners zijn weggetrokken en  hun plaats is overgenomen door winkeliers en mensen die geld vragen voor het bezichtigen van woningen. Persoonlijk vind ik deze plaats veel te toeristisch. Onderweg hebben wij meer authentiekere kasbahs gezien. Wij eten en drinken nog wat bij restaurant Zayt Oune en zetten onze weg verder naar onze eind bestemming Ouarzazate.

DE WOESTIJN ROEPT :

Wij zitten de volgende al vroeg in het zadel van onze BMW s. We hebben vandaag een lange en avontuurlijke rit voor de boeg. De eerste 120 km vliegen snel voorbij op de route nationaal nr 10. 
Daarna slaan we links af richting  george du dades. Niet veel verder gaan we de bergen in en kan het klimmen en dalen beginnen. Mooie panorama’s worden afgewisseld met enkele technische stukjes. 

Een heel eind voorbij de col  nemen we in Tizzouggouarine de piste naar Ait Khoujmane. Deze piste werd gebruikt door de Dakar rally in de jaren tachtig. We hadden deze piste wat onderschat zeker in het begin toen we door een rivierbedding moesten rijden. Daarna rijden wij op de kronkelige piste hoog de bergen in.We moesten ons 100 % concentreren om geen fouten te maken die u hier het leven kunnen kosten. Niet veel later gaat het toch fout en komt Bérke ten val. Gelukkig valt de schade mee. Buiten een kromme spiegel en wat krassen op de motor en de helm is alles gelukkig in orde. Wij zijn content dat we deze meer dan 40 km lange piste tot een goed einde brachten. Het was er leuk rijden en  de BMW s voelden er zich thuis, vering en demping waren subliem. Ook onze Bridgestone A41 banden deden het hier ook weer uitstekend. Op de een of andere manier is dit gewoon een attractie. En het was voor ons beiden heel leuk om deze uitdaging aan te gaan. 

Via Erfoud komen we toe aan ons hotel in Rissani ook wel de poort van de woestijn genoemd.

We gaan ons meteen afkoelen in het zwembad. Ondanks dat het half oktober is, is het meer dan 30 graden. Vanuit ons hotel maken wij de dag nadien een dagrit naar  Erg Chebbi. Erg Chebbi is een enorm  gebied met zandduinen die wel 150 meter hoog kunnen zijn. We houden halt in het woestijn stadje Merzouga dat tegenwoordig overspoelt wordt met toeristen. Niet zo vreemd , want van hieruit kun je kamelentochten maken of met gehuurde buggy s door de zandduinen crossen. Wij proberen er ook door te crossen maar we rijden ons al na een paar honderd meter vast in het mulle zand en houden het dan ook snel voor bekeken.

IN DE VOETSPOREN VAN DE DAKAR EN ANDERE BEKENDE WOESTIJNRALLYS :


We nemen weliswaar de korte piste van Merzouga naar Zagora kwestie van onze banden en materiaal  te sparen. Onderweg zien wij in de verte de deelnemers van de Marroc rally rijden die op dat ogenblik plaats vond. Wij doen het wel iets rustiger dan de rallyrijders. Dit is dus echt  een gebied waar je met motorpech of een domme valpartij dagen zoek kunt zijn. Zelfs al ben je niet zo overdreven ver weg van de bewoonde wereld wil dat nog niet zeggen dat je snel bent teruggevonden. Wat wij wel teruggevonden hebben  is de gsm van Bèrke. Op een van onze stops nam Bèrke enkele foto' s en stak de gsm onder de elastiek waarmee de bagage is bevestigd. Na onze volgende stop een half uur later merkte Bèrke dat zijn gsm verdwenen was. We keren onze motors en rijden terug over de piste tot waar wij de laatste keer hebben haltgehouden. Niet te geloven maar na ongeveer 20 km zie ik de gsm aan de rechterkant van de piste liggen. 

Als we toekomen in Zagora ga ik onmiddellijk op zoek naar het bekende Tombouctou bord. Daar moest ik een foto van hebben voor wij verder reden naar ons hotel. Dat waren nog eens tijden, 52 dagen door de woestijn reizen met de kameel om de stad Tombouctou te bereiken.

NOG EEN KEER DE BERGEN OVER :
De temperatuur was aangenaam s' morgens en wij konden de BMW s goed laten lopen op de N 12.  In Tata verlaten wij de hoofdweg om nog een laatste keer de bergen  in te rijden. We maken wel een omweg om naar Tafraoute te rijden. Maar als je doorheen de bergen rijd rijd je ook dwars door het dagelijkse leven van de gemiddelde Marokkaan. Kleurrijke levens, hardwerkende vrouwen en eigenwijze ezeltjes. Achter elke haarspeldbocht zie je iets anders en wil je weer een nieuwe foto maken. Het is weer volop genieten op de motor. In Tafraoute slapen we in een leuk hotel uitgebaat door een Nederlandse vrouw. We kijken nog een maal achterom en verlaten de bergen. 
DE WESTELIJKE SAHARA :
Wat daarna volgt zijn saaie ritten door de Westelijke Sahara. Die ligt, zoals de naam als zegt, in het westen van de Sahara  aan de Atlantische kust. Het gebied wordt grotendeels bezet door Marokko, maar is uitgeroepen als onafhankelijke staat onder de officiële naam Arabische Democratische Republiek Sahara. Veel valt er niet te beleven in dit dorre, zanderige en rotsachtige land. De heetste periode loopt van mei tot oktober Het is dan 40°C en meer.

In Laayoune ontmoeten wij Sebastien, een Franse motorrijder die ook onderweg is naar Dakar. We spreken af om samen naar Senegal te rijden.
Vanuit Laayoune rijden wij met drieën naar Dahkla met alweer honderden kilometers leegte. De afstanden tussen de steden zijn enorm en variëren tussen de 400 en 500 km.
Alleen de elektriciteitspalen naast de weg zijn onze constante metgezellen, en een paar kamelen. 

Dakhla ligt aan het einde van een lange landtong van helder wit zand. De lichtblauwe ondiepe lagune voor de stad is een kitesurfen bolwerk. Blijkbaar is deze plek gesubsidieerd omdat hij eigenlijk de spreekwoordelijke ezel van de wereld is. Hier kan je bijna alles vinden dat de laatste 1000 km niet bestond. Toeristen, restaurants, dure hotels. s'Avonds eten we lekker in een leuk restaurant met zicht op zee.

Om 05h00 in de ochtend vertrekken wij in Dakhla om de grens over te gaan naar Mauritanië.  Laat het drama beginnen.Aan Marokkaanse kant loopt alles correct en snel. Onze papieren worden gestempeld en we verlaten Marokko. Direct achter de Marokkaanse grenspost ligt een stuk onontgonnen land van enkele kilometers lang.  Hier komen we op  een onverharde stenen piste terecht met enorme gaten er in. Op deze strook hangen talloze criminele  figuren rond. Geldwisselaars,  simkaart verkopers en wat weet ik nog meer wie. Bovendien ligt alles bezaaid met half verrotte autowrakken, vreemd ... dit is niemandsland. 

Aan de Mauritaanse grens brengen we ongeveer 5 uur door omdat de stroomgenerator overhit was geraakt en heel het zootje geen elektriciteit meer had. We komen alle drie doodmoe toe in ons hotel El jazhira in Nouadibou. In Nouadibou beslissen wij om onze route aan te passen en niet naar Mali af te reizen. De toestand is in het noord-oosten zo verslechterd de laatste weken dat het onverstandig is om er naar toe te gaan. 
De weg naar Nouakchott leidt weer honderden kilometers door de droge woestijn. De hitte is bijna ondraaglijk en de zon brandt op onze helmen. Na ongeveer 300 km stoppen we aan een tankstation om wat te drinken en te tanken, maar beide benzine stations die naast elkaar liggen hebben geen benzine meer. Volgend station ligt 250 km verder...  het zal kantje boordje worden maar normaal moeten wij de afstand kunnen overbruggen. Sebastien had extra benzine bij want zijn zware honda verbruikt het dubbele van onze BMW s. Doordat wij constant felle tegenwind hadden en ik steeds als eerste reed  verbruikte de motor meer als normaal en  bijgevolg val ik na precies 501 km droog. Niet echt een ramp want  Sebastien en Bérke rijden verder om benzine gaan te halen in Nouakchott. Ik blijf in de verschroeiende hitte wachten tot mijn twee vrienden terug komen met de benzine.

IN KONVOOI DE GRENS OVER:

 

Vanuit  Nouakchott rijden wij uit veiligheidsoverweging in konvooi met andere Afrika reizigers naar Rosso, de grens met Senegal. Deze grens staat bekend als de meest criminele en corrupte grensovergang van heel Afrika. Oorspronkelijk wilden wij in Diama de grens over rijden maar de ongeveer 40 km lange onverharde weg was na de zware regen van de laatste dagen onberijdbaar geworden. Na meer dan 6 uur te hebben gewacht in de blakende zon met een temperatuur van 37 graden en na heel veel geld te hebben betaald mochten wij de ferryboot op die ons naar Senegal zal brengen. 

In het donker kwamen wij totaal uitgeput toe in ons hotel in Saint- Louis. De dag nadien nemen we afscheid van Sebastien.

 

DAKAR KOMT IN ZICHT: 

 

Als wij van ons hotel naar Dakar rijden passeren wij de vissershaven van Saint- Louis. We rijden over een nogal stinkende en vuile weg de stad uit. Overal liggen vissersboten en tonnen plastiek afval. Hier is de klimaatmars duidelijk nog niet gepasseerd.

WELVERDIENDE RUST:

 

Nadat wij op de place de L’ Ependance onze motoren bij de douane hadden laten registreren besloten wij om niet in de hoofdstad te blijven rondhangen. Op eerder aanraden van Sebastien gaan we een bezoek brengen aan Saly een toeristische badplaats aan de "petite cote" tussen Dakar en de grens met Gambia. Hier gaan wij een aantal dagen genieten van een welverdiende rust. 

Terwijl Bérke de helm enkele dagen aan de haak hangt bezoek ik een paar lokale dorpjes en een eiland dat volledig met schelpen ligt bezaaid.  

We ontmoeten ook Sebastien terug die hier voor 6 maanden een appartement heeft gehuurd en hier blijft overwinteren. Daarna rijd hij met de motor terug naar Frankrijk.

TERUG NAAR HET NOORDEN:

 

Wij vertrekken vroeger en pakken na vijf dagen de spullen weer in om terug noordwaarts te rijden. In ons hotel in Saint- Louis informeren wij over de staat van de piste die wij moeten nemen als wij via Diama de grens met Mauritanië  willen over rijden. Volgens de eigenaar van ons hotel moet het te doen zijn met de motor. Niet veel later komt er een Spanjaard toe met een BMW R 1250 GS en die bevestigd dat de piste berijdbaar is met de motor. Er liggen nog wel modderstroken maar is met enige enduro ervaring zeker te doen. De volgende ochtend staan wij al vroeg aan de grensovergang in Diama en zoals gezegd morgenstond heeft goud in de mond. Omdat veel auto's het er niet op wagen om over de piste te rijden is er weinig volk  aan de grens en het gaat verschrikkelijk vlot. De immigratie politie en douane zijn super vriendelijk en  wijzen ons de weg waar wij alle papieren in orde moeten maken. Binnen de twee uren rijden wij Mauritanië binnen.

Op de gevreesde piste die dwars door het Diawling National Park loopt zien wij hoeveel schade de regen van de afgelopen dagen heeft aangericht aan deze piste. Op vele plaatsen zijn er diepe modderstroken die half zijn opgedroogd en we zien ook gekantelde vrachtwagens liggen die door de diepe sporen zijn gereden. Op andere plaatsen is de piste vrij breed en rijden wij over een wasbord weg. Soms zitten er enorme  kuilen en gaten in en de  vering van onze sponsor BM Suspension uit Bree heeft meer dan haar werk om de schokken op te vangen, maar doet het zoals verwacht uitstekend.

 

 

In één van die diepe gaten rijd ik mijn voorband lek. We beslissen om verder te rijden tot wij een dorp tegen komen om daar de band te laten herstellen. Het is immers een heel karwei om in deze verschrikkelijke hitte  de cross band met bandijzers er af te halen. Op het einde van de piste vinden wij in het eerste dorpje dat wij tegen komen een bandenhersteller. Vakkundig werd de band met de hamer, bandijzers, handen en blote voeten van de velg gehaald en binnen het halfuur kunnen wij alweer verder rijden.

 

TERUG DOOR DE WOESTIJN:

 

We hebben weinig keuze als we met de motor terug naar België willen rijden en moeten weer helemaal terug door de desolate woestijn heen. Meer dan 2.000 km tot in het zuiden van Marokko. Opnieuw gaan wij bij de vele checkpoints moeten stoppen en zullen ze telkens weer naar onze fiche's vragen waarop al onze gegevens staan zoals de namen van onze ouders, merk van de motor of we gehuwd zijn enz... Als onze  fiche's uiteindelijk op zijn duren de stops langer doordat al onze gegevens moeten worden opgeschreven. Als ik vraag waarom er zoveel checkpoints zijn (er zijn 4 soorten checkpoints op de weg: gendarmerie, politie, douane en verkeersveiligheid) " het is voor uw veiligheid mijnheer ". Hoe dan ook, dat zijn heel wat inspanningen van de overheid om op de paar toeristen in de regio te letten.

De weg terug  werd nog zwaarder dan een paar weken geleden toen we de andere kant op reden. We krijgen te maken met extreme hoge temperaturen van  boven de veertig graden. Onze lichamen raken niet meer afgekoeld en bereiken koortsachtige temperaturen. Het water dat we meenemen is na een uur niet meer te drinken en we krijgen buikpijn van het warme water. s'Avonds in ons hotel koelen onze lichamen nauwelijks af, de airco krijgt de kamers niet koeler dan 28 graden en buiten is het er nog steeds 30 . Ook uit de douche komt lauw water , we geraken stilaan uitgeput. Alsof dit nog niet genoeg is komen we op weg naar Dakhla te recht in een zandstorm. Het zal in de geschiedenis van de zandstormen vast niet de allerergste zijn geweest, maar we vonden het best eng. De wind blaast  ladingen fijn zand over de asfaltweg waardoor we de gaten in het wegdek niet meer kunnen zien. Bérke kwam met zijn voorwiel in een groot gat terecht met als gevolg een enorme deuk in de velg.  Gelukkig kunnen wij zonder problemen verder rijden.

Na Tan- Tan zien we steeds meer huizen en dorpjes langs de weg , een teken dat de Sahara stilaan voorbij is. De geiten zijn even talrijk als waar dan ook, maar de kamelen worden geleidelijk vervangen door koeien. 

 

In de omgeving van Agadir nemen wij de autostrade en  rijden in enkele  dagen naar Tanger. De autostrades zijn hier nu toch al heel wat jaren aangelegd, maar de mensen weten blijkbaar nog steeds niet goed hoe ermee om te gaan. Het is niet uitzonderlijk dat de mensen zomaar “in the middle of nowhere” plots de autostrade oversteken of met de fiets over de pechstrook rijden. Ook zie je schaapherders die hun schapen laten grazen op de middenberm.

Op de ferryboot naar Algeciras nemen we de beslissing om niet met de motor terug naar België te rijden.

 

Onze bridgestone Ax 41 banden hebben het uitzonderlijk goed gedaan maar na 12.000 km is het profiel helemaal verdwenen. We zien er tegen op om een nieuwe achterband te laten monteren, en dan weer helemaal terug door Spanje en Frankrijk te rijden.Het is goed geweest. We regelen in Malaga transport voor onze bmw ‘s en boeken een vlucht naar België. 

Zo komt er na 6 weken iets vroeger dan gepland een einde aan ons Dakar avontuur.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------